Heeft uw chauffeur voorzichtig gereden?
Jan Jambon: “Zoals ik al tegen Gert Verhulst zei: mijn chauffeur is altijd voorzichtig. Ik heb in mijn gekende stijl iets gezegd en dat is verkeerd overgekomen. Natuurlijk wil ik dat mijn chauffeur zich aan de regels houdt, en een eventuele boete betaalt hij zelf. Maar stél dat ik hem zou vragen haast te maken en hij krijgt dán een boete, dan is die voor mij. Alleen is dat nog nooit gebeurd. Veiligheid primeert voor mij altijd.”
Uw timing was ongelukkig: de Vlaamse overheid voert net campagne voor meer verkeersveiligheid.
Jambon: “Maar ik wil te snel rijden ook helemaal niet goedpraten. Ik besef heel goed dat ik een voorbeeldfunctie heb.”
U krijgt wel vaker commentaar op uw communicatie. Bart De Wever zei: ‘Jan zaagt dikke planken, maar de fijne afwerking is niet zijn ding.’
Jambon: “Dat had hij mij ook al persoonlijk gezegd. Hij heeft gelijk: ik heb de persoonlijkheid van een CEO. Ik zet de grote lijnen uit, de fijne details laat ik liever aan anderen over. Het nadeel is dat je dan weleens een bocht te kort afsnijdt.”
Begin september kreeg u ook kritiek na een uitspraak over huurders. Dat zij hun woning niet energiezuiniger kunnen maken, noemde u ‘de consequentie van huurder zijn’. De oppositie verwijt u al langer een zekere wereldvreemdheid. Raakt u dat?
Jambon: “Mensen die doen alsof ik uit een rijke kaste uit Brasschaat kom, weten niet waarover ze praten. Ik ben opgegroeid in Genk, in een gezin uit de lagere middenklasse. Mijn vader was wiskundeleraar en de enige kostwinner, mijn moeder stopte met werken als verpleegster om voor ons te zorgen. Wij gingen nooit op restaurant. Als we op zondagavond eens naar het frietkot gingen, kregen we één pakje frietje per twee. Dat was feest! Kom mij dus niet vertellen dat ik geen voeling heb met de werkende klasse. Als ik zie met welk budget mijn ouders destijds een eigen huis hebben gekocht, zes kinderen hebben opgevoed en die kinderen ook allemaal lieten studeren, zonder dat wij een boterham tekort kwamen: chapeau! Ik heb heel veel respect voor mensen die moeten vechten om het hoofd boven water te houden.
“De noodkreet van de huurders hebben wij goed gehoord: we gaan verhuurders motiveren om investeringen te doen die de energiefacturen doen dalen. Ze mogen hun huurprijs alleen indexeren als de woning energiezuinig is.”
U zei in het parlement dat u hebt ‘gevochten als een leeuw’ voor het septemberakkoord. Is de Vlaming daarmee uit de miserie?
Jambon: “Wij hebben nooit gezegd dat we alle prijsstijgingen zouden compenseren: dan hadden we 40 miljard euro moeten uitgeven, en ons totale budget is nog geen 60 miljard! We richten ons vooral op mensen en bedrijven die echt in de problemen zitten.”
Een van de speerpunten is de jobbonus: wie tot 1.950 euro bruto verdient, krijgt een verhoogde premie van 700 euro per jaar. Dat bedrag daalt naargelang het inkomen stijgt. Wie meer dan 2.900 euro verdient, krijgt geen euro meer.
Jambon: “De jobbonus moet de kloof tussen werken en niet werken vergroten. Er is een groep hardwerkende Vlamingen die net buiten allerlei sociale voordelen valt en daardoor minder overhoudt dan mensen die niet werken. Hen willen we een duw in de rug geven. Dat doen we ook met de kinderbijslag: we verhogen de sociale toeslagen en de groep die daar recht op heeft, breiden we uit met 50.000 kinderen, zodat ook de lagere middenklasse ervan kan genieten.”
Experten zeggen dat heel weinig mensen die maatregelen zullen voelen. De indexering van de kinderbijslag met 2 procent betekent voor de meeste mensen maar een paar euro extra per maand.
Jambon: “Als we de kinderbijslag volledig aan de spilindex hadden gekoppeld (zoals cd&v vroeg, red.) was er voor alle gezinnen 8 euro bij gekomen. Voor ouders die goed verdienen, is dat een habbekrats. We mikken vooral op de mensen die het echt nodig hebben. Zij krijgen er met de verhoogde jobbonus en kinderbijslag honderden euro’s per jaar bij.
“Het is altijd hetzelfde: als de regering iets extra geeft, zegt men dat het niks voorstelt, maar pak ergens een euro af en het kot is te klein. Men doet ook alsof de overheid een gigantische boom heeft staan waar de miljoenen zomaar uit vallen. Als je cadeaus uitdeelt aan alle Vlamingen, komt dat boven op de schuld. En wie moet die terugbetalen? Diezelfde Vlamingen en hun kinderen.”
De linkse oppositie zegt: ‘Wat ben je met een begroting in evenwicht als gezinnen en bedrijven verzuipen?’
Jambon: “Klopt, daarom zal onze begroting dit jaar níét in evenwicht zijn. Pas tegen 2027 gaan we weer naar een evenwicht. We hebben van de vorige regering een gezonde begroting geërfd, waardoor we tijdens de coronacrisis diep in de zakken konden tasten om onze economie overeind te houden. Nadien deden we onmiddellijk een nieuwe besparingsronde om het budget weer op orde te krijgen. Gelukkig, want daardoor zijn we nu in staat om wéér veel geld uit te geven. Vier miljard! Wij worden afgeschilderd als begrotingsfetisjisten, maar onze schuld zal deze legislatuur verdubbelen van 25 naar 50 miljard. Zo orthodox is dat niet, hè?
“Toch laten we het budget niet volledig ontsporen, want de volgende regering moet ook kunnen blussen als het brandt. Er komen nóg crisissen. In 2026 zullen we 1 miljard euro moeten terugbetalen: dat geld kun je niet gebruiken voor scholen, zorg of kinderopvang. Met een te hoge schuld vreet je de beleidsmarge van de toekomst op en kom je in hetzelfde straatje terecht als de federale regering, of nog erger: Wallonië. Daar is de financiële toestand echt zorgwekkend, dat zeg ik zonder leedvermaak.”
Uw regering doet weinig om de energiefactuur te drukken. Is dat om mensen aan te zetten tot energiebesparing?
Jambon: “Wij zijn niet bevoegd om die factuur te drukken. We hebben er enkele Vlaamse taksen uit gehaald, meer kunnen we niet doen. Europa moet iets doen aan de hoge gasprijzen, wij kunnen de mensen aanzetten om te renoveren. De goedkoopste energie is de energie die je niet verbruikt. Daarom bieden wij renteloze leningen tot 60.000 euro aan. Zo kunnen mensen hun woning energiezuinig maken en hun investering aflossen met het bedrag dat ze uitsparen op hun energiefactuur. Wij betalen de intrest aan de banken.”
Mensen die amper rondkomen, durven die investering vaak niet aan.
Jambon: “Dat begrijp ik. Ze vinden ook niet altijd de weg naar de juiste oplossingen. Daarom versterken we de energiehuizen en OCMW’s, zodat zij de mensen bij de hand kunnen nemen.”
Links pleit al jaren voor grote isolatie- en renovatiecampagnes die door de overheid worden voorgefinancierd. Waarom kiest u daar niet voor?
Jambon: “Wat is het verschil met een renteloze lening?”
Dat mensen zelf geen extra schuld moeten maken bij de bank.
Jambon: “Maar in beide gevallen betalen ze de investering terug met wat ze uitsparen. Wij zijn voor zelfredzaamheid: de mensen moeten zélf actie ondernemen, wij zullen helpen. Als de regering al die investeringen zou doen, zouden we een gigantische schuld opbouwen die we daarna weer in de energiefactuur moeten doorrekenen, zoals is gebeurd met de groenestroomcertificaten. Daar wilden we toch van af?”
De kinderopvang schreeuwt al maanden om hulp. Het personeelstekort maakt dat overbevraagde kinderverzorgers bij bosjes uitvallen en crèches sluiten. Uw regering maakt extra geld vrij, maar volgens de sector en de oppositie is dat te weinig.
Jambon: “Wie zegt dat? Vorige week mailde een sectororganisatie nog om me te bedanken voor onze inspanning. We pompen er nu 115 miljoen euro per jaar extra in. Structureel, hè! Dat is toch geen kleingeld?”
Vlaanderen telt meer dan 6.200 kinderopvanginitiatieven. Dat komt neer op zo’n 18.000 euro per opvang.
Jambon: “Niet elke opvang krijgt extra geld. De nood is het hoogst bij de niet of minder gesubsidieerde initiatieven: zij krijgen straks meer middelen om hun mensen beter te betalen of extra volk aan te werven, op voorwaarde dat ze aan de normen voldoen.”
In Vlaanderen mag één begeleider negen kinderen opvangen, dat is het hoogste cijfer in Europa. In Wallonië is dat maar zeven, in Nederland geldt voor baby’s zelfs een norm van drie per begeleider. De hele sector schreeuwt om een verlaging.
Jambon: “Die norm moet omlaag, maar zolang we geen personeel vinden, heeft dat geen zin. Als je nu zegt dat één begeleider maximum zes kinderen mag opvangen, moet je morgen een hoop initiatieven sluiten of crèches verplichten om kinderen te weigeren. Dan zitten duizenden ouders met de handen in het haar. Laat ons eerst de sector weer aantrekkelijk maken met een betere verloning, zodat er meer personeel instroomt. Dan zal het aantal kinderen per begeleider vanzelf zakken.”
PVDA-parlementslid Lise Vandecasteele merkte in het Vlaams Parlement op dat vooral vrouwen het slachtoffer zijn als crèches sluiten. Parlementsvoorzitter Liesbeth Homans reageerde schamper: ‘Ik weet niet of u beseft dat er ook zoiets als een vader bestaat. Mijn kinderen zijn bij de papa.’ Die repliek, en het luide applaus van de meerderheid, schoot bij veel kinderverzorgers in het verkeerde keelgat.
Jambon: “Dat was een slip of the tongue. De parlementsvoorzitter bedoelde dat ook vaders hun ouderschapsrol moeten vertolken, maar het kwam slecht over. Om daar nu zo’n spel van te maken …”
Het is toch wereldvreemd te veronderstellen dat er overal twee ouders zijn, en dat een van beide ouders kan thuisblijven voor de kinderen?
Jambon: “Ik ken gezinnen waar dat gebeurt, maar niet iedereen kan zich dat permitteren, nee.”
U vreest niet dat de crisis in de kinderopvang ons zal terugbrengen naar het tijdperk van de vrouw aan de haard?
Jambon: “Totaal niet. Vlaanderen is geen ontwikkelingsland, hè, zoals sommige oppositieleden lijken te denken.”
De onderhandelingen over de septemberverklaring brachten uw regering aan het wankelen. U had die crisis niet zien aankomen, zei u. Is dat niet vreemd? Cd&v riep al vier maanden dat ze de kinderbijslag opnieuw wilden vastklikken aan de spilindex.
Jambon: “Ik wist dat dat de laatste en lastigste knoop zou worden, maar ik had niet verwacht dat ze zo halsstarrig zouden zijn en mij zelfs zouden dwingen om de septemberverklaring uit te stellen.”
Naar verluidt werd cd&v radicaler zodra Hilde Crevits uitviel door ziekte.
Jambon: “Ik had alle voorbesprekingen met Hilde gedaan en wilde op zaterdagavond landen. Alles lag op tafel, maar toen werd zij onwel en moesten Jo Brouns en Benjamin Dalle hun vicepremier in het heetst van de strijd vervangen. Dat was voor niemand makkelijk.”
Ik hoor dat cd&v-voorzitter Sammy Mahdi aan Crevits weinig te zeggen heeft. In haar afwezigheid wilde hij zijn stempel drukken.
Jambon (geïrriteerd): “Vraag dat maar aan meneer Mahdi. Ik leid een regering en moet akkoorden sluiten, liefst binnen de deadline, desnoods een paar dagen later. Al die speculaties interesseren me niet. Ik lees ook zeer weinig kranten, dat is goed voor mijn gemoedsrust.”
Wordt de particratie niet te verstikkend? Na het parlement laten de partijvoorzitters zich nu ook in de regeringen steeds meer gelden.
Jambon: “Dat is totáál niet waar! Vroeger was hun macht veel groter. Ik heb met de partijvoorzitters nog nooit problemen gehad, behalve nu dit akkefietje.”
Het was de eerste keer dat een minister-president zijn septemberverklaring moest uitstellen.
Jambon (sarcastisch): “Ja, dat is verschrikkelijk, de mensheid gaat daaraan ten onder. Een week later moet je dat toch een beetje kunnen relativeren? Was dat plezant? Nee. Was het nodig? Ook niet. Het was een blamage voor de politiek en een vernedering voor mezelf. Maar de essentie is dat we drie dagen later een uitstekend akkoord hadden dat bijna identiek was aan wat eerder op tafel lag.”
Een minister zei me: ‘Ik heb Jambon nog nooit zo kwaad gezien.’
Jambon: “Ik was ontgoocheld, ja. Iedereen verwachtte oplossingen van ons. We hadden een lijst met honderd beslissingen afgewerkt, over één punt vonden we geen akkoord. Ik zag dat de politiek een slechte beurt zou maken en heb dat nogal emotioneel duidelijk gemaakt aan de cd&v-delegatie.”
Wat maakte dat ze uiteindelijk toch plooiden? De terugkeer van Crevits, de N-VA en Open Vld die dreigden zonder cd&v door te gaan, of Conner Rousseau die vanuit de oppositie een wisselmeerderheid aanbood?
Jambon: “Ik heb tegen cd&v gezegd dat ik sowieso een septemberverklaring zou voorlezen, niet dat we zonder hen wilden doorgaan. Daar geloof ik niet in. En dat aanbod van Rousseau om de regering nog wat verder in de problemen te brengen: (rolt met de ogen) wat een verrassing! Ik kan me niet voorstellen dat ze daar bij cd&v nerveus van werden.”
Hebt u ook naar Crevits en haar fractieleden gebeld om hen te bewerken?
Jambon: “Ik heb niemand gebeld, ik werk met de ministers rond de tafel. Op woensdag was Hilde er opnieuw bij en waren we er snel uit. De dagen voordien heb ik haar met rust gelaten. Ik zei: ‘Ik laat je slapen, maar als je mij nodig hebt, ben ik dag en nacht bereikbaar.’”
Legt u uw telefoon nooit eens even weg?
Jambon: “Nee. Ik fiets een paar uur per week op een hometrainer, maar dan ligt de telefoon naast me. En als ik slaap, ligt hij op het nachtkastje.”
Is dat niet gevaarlijk voor uw mentaal welzijn?
Jambon: “Onbezorgd van iets genieten, dat heb ik al heel lang niet meer gedaan. Maar als je daar niet tegen kunt, moet je deze stiel niet willen doen. Vroeger zat je op vakantie op een heuvel in de Provence en belde je om de drie dagen eens met het thuisfront: iedereen vond het normaal dat je de riem aflegde. Vandaag hebben ministers die luxe niet. Maar: als je terugkeert uit vakantie, hoef je ook geen duizend mails meer te beantwoorden.”
U bent een goed jaar geleden getrouwd. Klaagt uw vrouw nog niet omdat haar vent nooit thuis is?
Jambon: “In coronatijden dacht ze: dat valt precies wel mee, zo’n minister-president (lacht). Nu ziet ze hoe het er echt aan toe gaat. Gelukkig gaat ze daar fantastisch mee om. En ik let erop dat ik het thuisfront niet verwaarloos”»
Maar opa spelen is voor na de carrière?
Jambon: “Nee! Zo lang wil ik niet wachten. Ik zal na mijn carrière meer tijd hebben, maar op zondag komen mijn kinderen en kleinkinderen op bezoek en daar kijk ik telkens enorm naar uit.”
De Vlaamse regering heeft veel geld en een coherente coalitie. Waarom is het zo moeilijk om overeen te komen?
Jambon: “Niet overdrijven, hè. Dit was het eerste crisismomentje van deze legislatuur.”
Over stikstof en de betonstop lag uw regering toch ook al overhoop?
Jambon: “Dat zijn aartsmoeilijke dossiers, maar ik heb nooit het gevoel gehad dat we klem zaten.”
Stikstof komt dit najaar opnieuw op tafel. Vreest u niet dat cd&v het opnieuw hard zal spelen? Of hebt u nu gezien dat ze uiteindelijk toch plooien?
Jambon (geïrriteerd): “Cd&v is een volwaardige partner en heeft gevoeligheden waarmee we rekening moeten houden. Stel dat ik een van mijn coalitiepartners doe plooien: dan komt die de volgende dag vol spijt en rancune terug. Dat is niet mijn model.”
Cd&v hééft toch spijt van het stikstofakkoord dat Crevits mee heeft afgesloten? Ze werd als minister van Landbouw vervangen door Jo Brouns, die goed bevriend is met Boerenbond-voorzitter Lode Ceyssens.
Jambon: “Ik heb Jo nog niet horen zeggen dat het stikstofakkoord slecht is.”
Hij heeft de boeren opgeroepen om massaal bezwaar aan te tekenen. En de cd&v-fractie loopt storm tegen het akkoord.
Jambon: “Dat sommige cd&v’ers het moeilijk zouden hebben met het stikstofakkoord, zag ik van honderd kilometer ver aankomen. Maar denkt u dat onze parlementsleden voor elk akkoord applaudisseren? De politieke deal is gemaakt, daar komen we niet op terug. In de technische uitwerking kunnen we nog wel wat aan de knoppen draaien: als er terechte bezwaren zijn, houden we daar rekening mee. Ik wil absoluut vermijden dat we in een procedureslag belanden en rechters gaten schieten in de nieuwe regeling.”
Het stikstofakkoord zal de belastingbetaler 3,6 miljard euro kosten: 2,4 miljard voor het uitkopen van boeren, 1,2 miljard euro voor natuurherstel. Na de Pano-uitzending waarin bleek dat de Boerenbond en huisbankier KBC onze boeren massaal in de richting van grote uitbreidingen, zware leningen en megavervuiling duwden, zei Vlaams minister Zuhal Demir (N-VA): ‘Als de Boerenbond een verantwoordelijke organisatie is, dan steekt ze haar winsten van de voorbije twee jaar, 800 miljoen euro, in een fonds om onze boeren te helpen.’
Jambon: “Dat zit niet in het akkoord, maar Zuhal mag daar zeker over gaan praten met de Boerenbond.”
Ze kunnen mekaars bloed drinken.
Jambon: “Onderschat Zuhal niet. Ze heeft met 3M soortgelijke gesprekken gevoerd, met resultaat: 3M zal voor 571 miljoen euro aan compensaties betalen voor de pfos-vervuiling.”
Een ander hoofdpijndossier is de Ventilus-hoogspanningslijn. Enkele cd&v-burgemeesters blijven zich verzetten tegen een bovengrondse leiding die vijf keer goedkoper is dan een ondergrondse.
Jambon: “Ventilus is een no-brainer. Elke partij wil de groene stroom van onze windmolens aan land brengen, en alles wijst in de richting van een bovengrondse leiding. Maar de lokale burgemeesters vroegen om nog eens te dubbelchecken of het technisch en financieel niet mogelijk is om die kabels onder de grond te leggen. We hebben dat toegezegd, omdat het belangrijk is om draagvlak te creëren bij zulke grote infrastructuurwerken, maar ik verwacht geen nieuwe elementen. In november hakken we de knoop door. De uitvoering van dat project heeft nog geen dag vertraging opgelopen.”
De N-VA wil met de Vlaamse regering het verschil maken tegenover de armlastige federale regering. Maar doet Vlaanderen het dan zoveel beter, als de kinderopvang verzuipt, ons onderwijs achteruitgaat, scholen geen leerkrachten meer vinden en de zorgsector kreunt onder de personeelstekorten?
Jambon: “Ik kan uw lijstje nog langer maken: ook onze bedrijven kunnen niet groeien omdat ze geen volk meer vinden. Dat zal wel allemaal de schuld van de N-VA zijn, maar we zitten nu eenmaal met een oververzadigde arbeidsmarkt. Ik hoop uit de grond van mijn hart dat dat over zes maanden nog altijd zo is, want er komt een recessie aan.
“Je kunt van alles opnoemen dat beter zou moeten, maar ik kan u ook een lijst geven met zaken waarin we tot de wereldtop behoren. Daar hoor ik de oppositie nooit over: die doet altijd alsof Vlaanderen recht naar de afgrond glijdt. Já, het lerarentekort is een gigantisch probleem. Daarom werkt Ben Weyts al drie jaar keihard aan oplossingen, die stilaan ook hun vruchten afwerpen: vorig schooljaar zijn meer dan vierduizend Vlamingen overgestapt van de privésector naar het onderwijs. Já, de zorgsector is cruciaal: daarom hebben we er deze legislatuur al 1,4 miljard euro extra aan recurrente middelen in gepompt.”
In 2024 wordt u 64 jaar. Bent u al bezig met uw politieke palmares?
Jambon: “Mijn imago zal me worst wezen, maar ik wil wel het beeld over mijn regering nog keren. Ik hoop dat men straks zal besluiten dat we ondanks twee zware crisissen toch goede, moeilijke beslissingen hebben genomen en een gezonde begroting hebben afgeleverd. Met Flanders Technology wil ik ook het geloof in de toekomst aanwakkeren. Sommige mensen denken dat hun kinderen het slechter zullen hebben dan zij, maar we hebben alles in huis om voor een mooie toekomst te zorgen. De coronavaccins werden hier gemaakt. Onze vaccinatiecampagne behoorde tot de beste ter wereld. In biotechnologie en slimme energieoplossingen zijn we wereldtop. Kennisinstelling IMEC maakt chips, de grondstof van de nieuwe wereldeconomie. Op al die sectoren gaan we verder inzetten.”
De start van uw regering was woelig door een aantal gecontesteerde besparingen. Als minister van Cultuur lag u meteen onder vuur, omdat u het mes zette in de projectsubsidies voor beginnende artiesten. Hoe kijkt u daarop terug?
Jambon: “Met één gedachte: had men mij maar geloofd.”
Hoe bedoelt u?
Jambon: “We hadden met de regering afgesproken om extra beleidsruimte te creëren voor het onderwijs en de wachtlijsten in de zorg. In alles wat met subsidies te maken had, zouden we 6 procent snoeien, dus ook in de cultuur. Maar als ik 6 procent zou wegsnijden bij de grote instellingen als Opera Vlaanderen en de Ancienne Belgique, zou dat tot jobverlies leiden: daarom hebben we daar maar 3 procent bespaard. De rest moest ik elders halen.
“De projectsubsidies worden normaal in twee rondes toegekend. Als we de helft bespaarden, hadden we nog voldoende budget voor de eerste ronde. Ik heb toen beloofd dat ik zou proberen om ook voor de tweede ronde nog geld te vinden, maar men geloofde mij niet. Maandenlang hakte de sector op mij in: een N-VA’er op cultuur, dat kón niet, die rechtse zak zou de cultuur kapot maken. Het raakte mijn koude kleren niet, maar ik heb wél mijn belofte gehouden. Het budget voor de projectsubsidies is nu hoger dan onder mijn voorganger Sven Gatz. Nu zeggen mensen: ‘Achteraf gezien hadden we misschien toch niet zoveel spel moeten maken.’ Hetzelfde met het kunstendecreet: een hoop drama, maar toen ik dit jaar 20 miljoen extra vrijmaakte, heb ik maar van enkelen een ‘dankjewel’ gekregen. Niet dat ik het daarvoor doe, maar ik heb dus wél een hart voor cultuur.”
Tijdens de coronacrisis kreeg u ook bakken kritiek. ‘Elke keer moet hij uit het Overlegcomité buitenkomen met iets waarvan hij aan de ingang heeft gezegd dat we dat niet willen. Zo verhakkelen ze hem tot Slappe Jan’, zei Bart De Wever in Humo.
Jambon: “Dat was een heel moeilijke periode. Ik begreep de kritiek wel, maar het was onmogelijk om gedragen beslissingen te nemen. Vlaanderen was in twee kampen verdeeld: voor het ene moest het allemaal veel strenger, het andere kamp vond dat we niks moesten doen. Maar als er zoveel doden vallen, kun je het niet maken om de boel te blokkeren. Dus moesten we water bij de wijn doen, en die compromissen ook verdedigen.”
Stoort het u dat cartoonist Meynen u in Het Laatste Nieuws steevast opvoert als een klungel die geen zin kan afmaken en te pas en te onpas het woord ‘dinges’ gebruikt?
Jambon: “Als je daar niet tegen kunt, moet je niet in de politiek gaan. Ik vind Meynen geweldig. En ach: de ene keer ben je de goeie, de andere keer het slachtoffer.”
U bent al meer dan een jaar het slachtoffer.
Jambon (haalt de schouders op): “Dat raakt me niet.”
Dan bent u een van de weinige niet-ijdele politici.
Jambon: “Dat is zo, ijdelheid is mij vreemd. Ik moet een ploeg leiden en een regeerakkoord uitvoeren. Als je je dan begint te storen aan tekeningen, commentaren of ambetante zinnetjes van deze of gene, steek je je energie in het verkeerde.”
Is uw plaats in de politieke poppoll ook onbelangrijk? U bent gezakt naar 16. Slechts 28 procent van de Vlamingen heeft vertrouwen in u, bij de premier is dat 45 procent.
Jambon: “Als minister van Binnenlandse Zaken stond ik veel hoger, maar de prijzen worden aan de meet uitgedeeld. Ik heb het gevoel dat ik nog maar een paar maanden écht bezig ben als minister-president. Het eerste halfjaar was een inloopperiode, daarna overschaduwde corona alles.”
U bedoelt dat u eigenlijk nog een termijn wilt voortdoen?
Jambon: “Ja, ze moeten mij nu toch nog vijf jaar geven, hè (lacht). Nee, ik heb altijd tegen Bart gezegd: ‘Zet mij waar je me nodig hebt.’ Ik ben niet voor de postjes of het geld in de politiek gestapt. Toen ik begon, hadden we maar één zetel in de Kamer en ik liet een niet onaardige job achter (hij was algemeen directeur bij Bank Card Company, red.). Geen haar op mijn hoofd dacht er toen aan dat ik ooit vicepremier van België zou worden, laat staan minister-president. Na de verkiezingen zal ik opnieuw tegen de partij zeggen: ‘Zet me maar waar de partij me nodig heeft.’”
Zuhal Demir wordt al genoemd als uw opvolgster.
Jambon: “Haar populariteit doet mij plezier, ik heb haar de politiek binnengeloodst. Zuhal heeft het perfecte profiel voor de hedendaagse politiek. Ze is slim, lost moeilijke dossiers op, maar zegt ook vrank en vrij haar gedacht, op een manier die de mensen graag horen.”
Is ze diplomatisch genoeg?
Jambon: “Dat zal ze dan wel worden, hè. Als vakminister moet je vechten voor je dossiers, als regeringsleider moet je een dealmaker zijn. Ik denk dat Zuhal dat kan.”
Is het denkbaar dat er in 2024 niets gebeurt op communautair vlak?
Jambon: “Ja, maar dan zal het zonder ons zijn. De consensus groeit dat het Belgische model grote weeffouten bevat, over de oplossingen zal nog flink gebakkeleid moeten worden.”
Als Vivaldi doorgaat, zonder staatshervorming, zal de N-VA dan een Vlaamse regering maken met Vlaams Belang?
Jambon: “Het Vlaams Belang zoals dat zich nu profileert, is mijn meug niet. Hoe hun mensen zich in het parlement gedragen en wat ze allemaal uitkramen: sorry, dat gaat niet. Zo vilein, zo populistisch. Ze spiegelen de mensen dingen voor die totaal onrealistisch zijn en ze blijven figuren als Dries Van Langenhove en Sam van Rooy dulden. Met zo’n partij ga ik niet in zee: duidelijker kan ik toch niet zijn?”